Walnootboorvlieg

De walnootboorvlieg Rhagoletis completa komt oorspronkelijk uit Noord-Amerika. In de jaren 1990 is deze reeds in Italië vastgesteld en 15 jaar later begon deze zich uit te breiden in Europe. In 2015 werden de eerste aangetaste walnoten in Nederland aangetroffen en sindsdien breidt deze zich sterk over Nederland uit.

Schade

De walnootboorvlieg zet haar eieren af in de vruchten van walnoot Juglans regia en zwarte (wal)noot J. nigra. De larven leven van het mesocarp, het vlezige deel va de bolster en niet van de noten zelf. De aantasting is in een vroeg stadium te zien door kleine putjes in de bolster waar de eieren zijn afgezet. Later ontstaan er bruine en uiteindelijk zwarte vlekken op de bolster en wordt deze zacht. Het zwart verkleurde mesocarp kleeft aan de noot en droogt op en is daarmee niet meer geschikt voor verkoop. De noten zelf zijn niet aangetast door de walnootboorvlieg en zijn vaak nog prima te eten als ze eenmaal uit de bolsters zijn gehaald. Echter, een vroege infectie verhoogt wel de kans dat andere aantastingen plaatsvinden die ook de noot aantasten, bijvoorbeeld door schimmels. Het is dus zaak uit te zoeken wanneer de infectie precies plaatsvindt. Daarvoor is het zaak te weten wanneer de volwassen dieren tevoorschijn komen.

Waarnemingen van de walnootboorvlieg kunnen, het liefst met foto van volwassen vlieg of larven in de bolster, worden doorgegeven op: https://waarneming.nl/go/walnootboorvlieg.

Al in een vroeg stadium is de verkleuring zichtbaar, al is het zoeken naar de minuscule larven dan vaak niet eenvoudig. Bovendien is er nog een andere veroorzaker van verkleuring op de bolster: bacteriebrand Pseudomonas juglandis. Deze bacterieziekte is te herkennen aan eveneens de zwarte vlekken op blad en bolster, daarnaast tast die ook de scheuten aan en bij een sterke aantasting zal het blad afvallen. Ook lijken de noten zelf te verschimmelen, terwijl dit bij aantasting van de walnootboorvlieg niet lijkt te gebeuren. Kortom verkleuring van de bolster alleen is niet voldoende om aantasting door de walnootboorvlieg vast te stellen. Daarvoor zullen de bolsters opengemaakt moeten worden om te zien of er vliegenlarven in aanwezig zijn. In het begin zijn die zeer klein en moeilijk te vinden, maar vanaf de tweede helft van augustus zouden ze meer volgroeid en dus makkelijk te vinden moeten zijn.

 

Bestrijding

Het bestrijden van de walnootboorvlieg lijkt bijzonder lastig. Chemische middelen die in Amerika worden gebruikt zijn hier niet meer toegestaan en als de larven eenmaal in de bolster zitten is bestrijding over het algemeen niet meer mogelijk. Enkele lapmiddelen zijn: het vernietigen van afgevallen en aangetaste noten en het plaatsen van kippen onder de bomen. Zodra de larven volgroeid zijn, verlaten ze de bolster om te verpoppen in de grond, op dat moment zijn ze een niet te versmaden hapje voor kippen. Ook wanneer de volwassen vliegen het volgend seizoen uit de pop kruipen, zijn ze een makkelijke prooi: ze moeten eerst hun vleugels nog oppompen en uitharden voor ze kunnen vliegen.

 

Header: Adult Rhagoletis completa. Foto Roy Kleukers

 

Verkleurde noot met de larven van de walnootboorvlieg nog in de bolster. Foto John Smit.

 

Opengebroken bolster van een aangetaste noot met kleine larven zichtbaar. Foto Walpole (Wikimedia, cc by-sa 3.0)

 

Foto volgroeide larve. Foto Roy Kleukers.

Invoeren

Invoeren via Waarneming.nl met foto: https://waarneming.nl/go/walnootboorvlieg

Verspreiding